Anderstaligen helpen met het verbeteren van hun Nederlands doen we bij Taalpunt niet alleen een-op-een maar ook in taalgroepjes. Er ontstaan gesprekken, vriendschappen en deelnemers merken dat anderen ook fouten maken. Je telt mee en dat voelt fijn. Ellen van Dorsser en Erik ter Beeke begeleiden iedere donderdagavond een groepje van zo'n 6-9 mensen. Ik mocht een avondje aanschuiven.
Taal verbindt
Terwijl we boven wachten op de anderen vertelt Hasan enthousiast over het boek dat hij leest. Ik kan zijn verhaal heel goed volgen. Hij maakt wel wat grammaticale vergissingen, maar hij vertelt het wel, zonder enige terughoudendheid. 'Ik lees veel en sommige boeken nog een keer'. 'Taal is voor mij heel belangrijk, want daarmee kun je contact maken'. Hasan woont al meer dan veertig jaar in Nederland, maar is hier nooit naar school geweest. Hij is dan ook heel blij dat hij nu zijn Nederlands kan verbeteren. Wist je trouwens dat de bibliotheek literatuur heeft op een aangepast taalniveau? Misschien een handige tip voor je cursist.
Sorry gebruiken we niet
Het groepje deelnemers is heel divers. Hasan uit Turkije is de oudste. De anderen zijn dertigers, ieder met een eigen reden om Nederlands te leren. Gevlucht, gekomen voor een baan, voor de liefde of vriendschap, zoals Justine uit Taiwan en Loren uit Engeland. Er hangt een gezellige, open sfeer en de gesprekken beginnen als vanzelf. In deze groep is namelijk geen vaste lesstof. Er wordt gepraat over wat langs komt, over een actualiteit of over wat iemand heeft meegemaakt of wil delen. Als iemand iets niet begrijpt, is de regel aan tafel dat je dat zegt, want je bent aan het leren. En dan moet de ander het proberen uit te leggen. 'Daarnaast' zegt Ellen 'mogen ze het woord sorry niet gebruiken. Je kunt hier namelijk niets fout doen. Het gaat om praten, durven praten en als ik dan zie dat iedereen steeds meer durft te zeggen, ben ik heel blij'.
De moeilijke woorden die langskomen noteert Ellen en mailt het lijstje van die avond, met betekenis en een zin waarin het woord gebruikt wordt, als lesstof naar iedereen. Het laatste kwartier gebruiken ze een kaartspel. Om beurten een kaart trekken en daar iets over zeggen. Sommige woorden zijn niet makkelijk, want leg maar eens uit wat zelfreflectie is.
Gezellig met elkaar
Iedereen is erg enthousiast en heel blij met deze vorm van leren. 'Met meer mensen praten is leuker', 'ik hoor andere mening', 'nieuwe contacten is belangrijk', 'is goed omdat iedereen anders praat, net als in de echte wereld', 'ik kan leren van anderen en over andere cultuur', 'het motiveert heel erg om te komen', 'gezellig', 'het leert anders'. Het lijkt of praten ineens makkelijker is, met plezier als verbindende factor.
Als Stadkamer sluit, blijven de meesten buiten nog even gezellig kletsen.